Parochie Roermond Noord-Oost

5 juni. Lezingen, overweging en livestream van de Mis

Kijk hier naar de livestream van de Mis om 18.30 uur

“Blijf gij echter bij de leer, die gij gelovig hebt aanvaard.

Bedenk wie het waren, die u onderricht hebben.”

Wij vieren vandaag de gedachtenis van een groep martelaren die het geloof in Nederland  en Duitsland in de 8e eeuw hebben verkondigd en tijdens een missiereis door Friesland vermoord werden, de H. Bonifatius en gezellen martelaren. 

Bonifatius, geboren omstreeks 673 in Wessex (Engeland) en monnik van de abdij van Exeter, kwam in 716 als missionaris naar het vasteland en verkondigde er het geloof onder de Friezen en in een groot deel van het tegenwoordige Duitsland. Zijn werkzaamheid vond erkenning bij het hoogste kerkelijke gezag te Rome, dat hem achtereenvolgens tot bisschop, aartsbisschop en pauselijk legaat verhief.

Toen Willibrord in 744 overleed, nam Bonifatius het bisdom Utrecht onder zijn hoede. Voor het dagelijks bestuur stelde hij daarbij zijn medewerker Eoban als assistent-bisschop aan. Bonifatius, die als aartsbisschop nog altijd geen zetel had, liet rond dezelfde tijd zijn oog vallen op Keulen, waarvan de zittende bisschop net was overleden. Hoewel ook paus Zacharias (741-752) zijn goedkeuring verleende aan deze keuze, verzette de clerus van Keulen zich heftig tegen het plan. Nog voor dit verzet gebroken was overleed de bisschop van Mainz, waarop de paus Bonifatius in 747 tot aartsbisschop van Mainz en primaat van Duitsland benoemde.

De missie in Friesland hervat

In 754, op ongeveer 80-jarige leeftijd, droeg Bonifatius het aartsbisdom Mainz over aan zijn leerling en neef Lullus. Het bisdom Utrecht droeg hij in 753 al over aan zijn assistent Eoban. Zelf wilde hij zich opnieuw aan de kerstening van Friesland gaan wijden. Dat de missie hem, ondanks zijn hoge positie, nog altijd na aan het hart lag was al eerder duidelijk geworden. Al in 738 weigerde paus Gregorius in te gaan op Bonifatius’ verzoek om terug te mogen treden als aartsbisschop, teneinde zich weer volledig aan de bekering van heidenen te kunnen wijden. Kennelijk vond Bonifatius 15 jaar later dat hij aan zijn verplichtingen jegens de Heilige Stoel had voldaan. Hij besloot toen toch weer het werk op te nemen waar zijn missieleven ooit mee begon: de bekering van de weerbarstige Friezen.

Als hij op 5 juni 754 met Pinksteren onderweg is naar een door hemzelf afgekondigd doopfeest bij Dokkum, wordt hij overvallen door lieden die aan hun oude geloof willen vasthouden. Zij vermoorden ‘de apostel der Duitsers en der Friezen’ op brute wijze, tezamen met circa vijftig van zijn volgelingen, onder wie bisschop Eoban van Utrecht. De oude missionaris zou daarbij nog geprobeerd hebben de zwaardslagen af te weren met een evangelieboek.

Bonifatiusbeeld

Het is niet helemaal duidelijk waar de bron van Bonifatius zich precies bevindt. Waarschijnlijk in een vijver net buiten de oude stad, de zogenoemde ‘dobbe’. Maar Dokkum heeft op de Marktplaats, bij een fonteintje dat in de Middeleeuwen het centrum van de Bonifatiusverering in de stad was, een beeld van de missionaris geplaatst. Op de sokkel staat in het Latijn geschreven: “Sint Bonifatius werd hier in 754 gedood en vanaf die dag begon het licht van het Evangelie te schijnen voor heel Friesland.”

Lezingen op vrijdag 5 juni. HH. Bonifatius, bisschop, en gezellen martelaren

Overweging op vrijdag 5 juni. HH. Bonifatius, bisschop, en gezellen martelaren

Mobiele versie afsluiten